Faciliteiten Toegepast Onderzoek (FTO) investeert in hoogwaardige en toekomstbestendige faciliteiten voor onderzoek bij de Toegepaste Onderzoeksorganisaties (TO2) en Rijkskennisinstellingen (RKI’s).

In het kort

  • TO2 en RKI’s kunnen aanvragen indienen voor faciliteiten voor toegepast onderzoek.
  • In het 2024 deel van de eerste ronde is een bedrag van 100 miljoen euro gecommitteerd.
  • Uit deze middelen worden twee groepen van faciliteiten gerealiseerd, die onderling samenhangen via de thema’s digitalisering en duurzaamheid (“broeikasgassen, klimaatvariabelen en luchtkwaliteit”). Alle TO2 (Deltares, MARIN, NLR, TNO en Wageningen Research) en de RKI’s KNMI, RIVM, Naturalis, NFI en RCE zijn hierbij betrokken.
  • Uit FTO gefinancierde faciliteiten dragen bij aan het op peil houden van de basis kennisinfrastructuur en het vermogen van TO2 en RKI’s om hun wettelijke taken uit te voeren.
     

Hoe werkt het?

TO2 en RKI’s kunnen aanvragen indienen voor faciliteiten voor toegepast onderzoek die: 

  • kennis en toepassingen ontwikkelen voor maatschappelijke oplossingen en transities; 
  • (sleutel)technologie richting economische marktkansen opschalen; 
  • en bijdragen aan beleidsopgaven en wettelijke taken.

De minister van EZ besluit over de voorstellen aan de hand van het advies van een onafhankelijke commissie.

In de eerste ronde (2023 – 2024) zijn middelen toegekend aan de hand van een open consultatie bij individuele instellingen (2023) en, daaropvolgend, een gesloten uitnodiging (2024) aan consortia.

In 2025 is er weer een financieringsmogelijkheid aan de hand van een open consultatie.

Zie ook

Faciliteiten Toegepast Onderzoek (FTO) (rvo.nl)

Om welke bedragen gaat het?

Voor verslagjaar 2024 stond er op de ontwerpbegroting 2026 van het ministerie van Economische Zaken ongeveer twintig miljoen euro aan uitgaven voor dit instrument.

In het 2024 deel van de eerste ronde (2023-2024) is een bedrag van bijna 100 miljoen euro gecommitteerd. Het gaat hierbij om faciliteiten op het gebied van digitalisering (Digilab), en om “meet- en monitoringsinfrastructuur en experimentele faciliteiten voor broeikasgassen, klimaatvariabelen en luchtkwaliteit” (FTOD). Hiervan is 22 miljoen euro ten behoeve van faciliteiten bij RKI’s (tien miljoen euro  voor Digilab en twaalf miljoen euro voor FTOD), en 78 miljoen euro ten behoeve van faciliteiten bij TO2 (40 miljoen euro voor Digilab en 38 miljoen euro voor FTOD) bestemd.

Voor FTO is in 2025 nog ongeveer 100 miljoen euro beschikbaar.

Wie profiteren ervan?

Uit deze middelen kunnen faciliteiten worden gerealiseerd bij alle TO2  en RKI’s. Deze organisaties voeren toegepast onderzoek uit ten behoeve van het bedrijfsleven, de overheid en de maatschappij.

In de eerste ronde (2023-2024) zijn de FTO middelen terecht gekomen bij alle TO2 (Deltares, MARIN, NLR, TNO en Wageningen Research) en bij de RKI’s KNMI, RIVM, Naturalis, NFI en RCE.

Uit de verdeling van de 2023 en 2024 middelen gezamenlijk blijkt ongeveer 36 procent ten behoeve van de RKI’s en 64 procent ten behoeve van de TO2. Op deze verdeling wordt niet gestuurd.

Financiering eerste ronde, 2023 - 2024 (€ mln)

Faciliteiten Toegepast Onderzoek

Bron: Ministerie van Economische Zaken

Wat heeft het opgeleverd?

Uit FTO gefinancierde faciliteiten dragen bij aan het repareren van achterstallige investeringen in het up-to-date houden van de onderzoekscapaciteit van de ontvangende organisaties. Deze investeringen zijn noodzakelijk voor het op peil houden van de basis kennisinfrastructuur en het vermogen van instellingen hun wettelijke taken uit te voeren. Zonder deze investeringen kunnen (op de langere termijn) de nationale belangen in het geding komen.